Vlottende activa
Onder de vlottende activa nemen we afzonderlijk op: de voorraden, de uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar, de liquide middelen en de overlopende activa.
Voorraden
De Voorraden betreft hier de Bouwgronden in exploitatie.
De exploitatie van gronden is een meerjarig productieproces. Daarbij zijn de (definitieve) resultaten pas bij afronding van het complex zichtbaar. Voor het totaal van de in exploitatie zijnde complexen, geven we van het verloop in 2024 het volgende overzicht weer:
Onderhanden werk waaronder bouwgronden in exploitatie | Boekwaarde | Balans- | Vermeer-deringen | Vermin-deringen | Saldo boek-waarde | Winst uitname | Boek- | Voorziening | Balanswaarde |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Bouwgrond in exploitatie | |||||||||
Herenland Opheusden | 1.299 | 808 | 34 | 0 | 1.333 | 0 | 1.333 | 419 | 914 |
ABC terrein | -211 | -211 | 6 | 0 | -205 | -205 | 0 | -205 | |
Herenland West | 1.251 | 1.251 | 119 | 0 | 1.370 | 0 | 1.370 | 0 | 1.370 |
Bonegraaf Oost | 120 | 120 | 623 | 951 | -208 | -605 | -813 | 0 | -813 |
Poort van Ochten | 143 | 143 | 32 | 0 | 175 | 0 | 175 | 0 | 175 |
Totaal bouwgronden in exploitatie | 2.602 | 2.111 | 814 | 951 | 2.465 | -605 | 1.860 | 419 | 1.441 |
Bouwgrond in Exploitatie | Balans- | geraamde nog te maken kosten | geraamde nog te realiseren opbrengsten | Geraamd eindresultaat (nominale waarde) | Geraamd eindresultaat (contante waarde) |
---|---|---|---|---|---|
Herenland Opheusden | 914 | 464 | 1.352 | 26 | 419 |
ABC terrein | -205 | 177 | 0 | -28 | -27 |
Herenland West | 1.370 | 3.723 | 6.034 | -941 | -836 |
Bonegraaf Oost | -813 | 144 | 101 | -770 | -754 |
Poort van Ochten | 175 | 1.017 | 2.401 | -1.209 | -1.139 |
Totaal bouwgronden in exploitatie | 1.441 | 5.525 | 9.888 | -2.922 | -2.337 |
Voor projecten die we naar verwachting afsluiten met een verlies is een 'voorziening verliezen grondexploitaties' gevormd. De boekwaarde per 31-12-2024 bedraagt € 1.860.000 (per 31-12-2023 € 2.602.000). De balanswaarde (= boekwaarde verminderd met voorziening verliezen grondexploitatie) is per 31-12-2024 ad € 1.441.000 (per 31-12-2023 € 2.111.000).
De waardering van de in exploitatie genomen gronden is gebaseerd op de inzichten per 1 januari 2025 en de daarbij behorende inschatting van uitgangspunten, parameters en risico’s. Dit is een inschatting die omgeven is door onzekerheden. De inschatting herzien we periodiek, maar minimaal jaarlijks. De waardering kan het komende jaar zowel positief als negatief uitvallen. Het college is van mening dat op basis van de huidige informatie en inzichten de beste schatting is gemaakt voor de waardering van de in exploitatie genomen gronden.
Parameters
De volgende parameters zijn gebruikt bij de actualisatie van de grondexploitaties:
- Rente (BIE Grexen) | 1,0 % (was 1,0%) |
---|---|
- Rente (BIE Initiatieven) | 1,0 % (was 1,0%) |
- Kostenstijging | 3,5 % (was 3,0%) |
- Opbrengststijging wonen | 4,0 % en Herenland-West 3,5%(was 1 %) |
- Opbrengststijging bedrijven | 1,0 % (was 0,5 ) |
- Disconteringsvoet | 2,0 % (was 2,0%) |
- Intern uurtarief bedrijven (3.2) | € 143 (was € 130) |
- Intern uurtarief wonen (8.2) | € 142 (was € 136) |
Voor een nadere toelichting op de grondexploitatie over 2024 verwijzen wij naar de toelichting op programma 3 Fysieke Omgeving en paragraaf 6 Grondbeleid van het jaarverslag. Daar is een verdere cijfermatige toelichting van de toekomstige baten en lasten en resultaat weergegeven.
Uitzettingen korter dan één jaar
Onder uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar nemen we afzonderlijk op de vorderingen op openbare lichamen, verstrekte kasgeldleningen aan openbare lichamen (als bedoeld in de wet financiering decentrale overheden), overige verstrekte kasgeldleningen, uitzettingen in ’s-Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan één jaar (schatkistbankieren), rekening-courantverhouding met het Rijk, exploitatie-overeenkomsten en overige vorderingen.
Uitzettingen korter dan één jaar | Boekwaarde | Voorziening oninbaar | Balanswaarde | Balanswaarde 31-12-2023 |
---|---|---|---|---|
Vorderingen op openbare lichamen | 6.700 | 0 | 6.700 | 6.191 |
Verstrekte kasgeldleningen aan openb. lichamen | 3.000 | 0 | 3.000 | 4.000 |
Schatkistbankieren bij het Rijk | 6.901 | 0 | 6.901 | 1.238 |
Exploitatie-overeenkomsten | 864 | 0 | 864 | 847 |
Overige vorderingen | 3.247 | 565 | 2.682 | 1.642 |
Totaal | 20.712 | 565 | 20.147 | 13.918 |
De vorderingen op openbare lichamen betreffen voornamelijk de teruggave betaalde BTW 2024 vanuit het BTW Compensatiefonds. De afwikkeling met de Belastingdienst van € 6,1 miljoen vanuit het BTW Compensatiefonds vindt plaats medio 2025. Vanuit suppletie-aangiften BTW oude jaren is er nog een vordering van € 43.000. Daarnaast is er nog een bedrag terug te vorderen BTW over het vierde kwartaal van € 33.000.
Ook zijn er nog enkele vorderingen op provincie Gelderland, diverse ministeries en gemeenten tot een bedrag van € 513.000.
Per balansdatum is er een kortlopende kasgeldlening verstrekt voor een bedrag van € 3 miljoen. Deze kasgeldlening loopt tot en met 2 februari 2025.
De regeling schatkistbankieren decentrale overheden verplicht gemeenten eventuele overschotten in de liquide middelen te storten op een speciale bankrekening die de gemeente aanhoudt bij het Ministerie van Financiën. Het afstorten gebeurt dagelijks via het afromen van het saldo van de BNG-betaalrekening.
Het drempelbedrag voor jaar 2024 is € 1.517.080. Het drempelbedrag is bedoeld om het dagelijkse kasbeheer te vereenvoudigen. Dit betekent dat niet elke laatste euro in de schatkist hoeft. In principe hoeven we dus alleen de liquide middelen die boven het drempelbedrag uitgaan in de schatkist aan te houden.
Per balansdatum 31 december 2024 was het saldo op de schatkistrekening € 6.900.745.
In 2024 vonden geen overschrijdingen van het drempelbedrag plaats. In onderstaande tabel is te zien wat de benutting van het drempelbedrag schatkistbankieren gedurende de vier kwartalen in het jaar 2024 is geweest:
Verslagjaar 2024 | |||||
(1) | Drempelbedrag | 1517,08 | |||
Kwartaal 1 | Kwartaal 2 | Kwartaal 3 | Kwartaal 4 | ||
(2) | Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen | 504 | 493 | 354 | 418 |
(3a) = (1) > (2) | Ruimte onder het drempelbedrag | 1.013 | 1.024 | 1.163 | 1.099 |
(3b) = (2) > (1) | Overschrijding van het drempelbedrag | - | - | - | - |
(1) Berekening drempelbedrag | |||||
Verslagjaar | |||||
(4a) | Begrotingstotaal verslagjaar | 75.854 | |||
(4b) | Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner of gelijk is aan € 500 miljoen | 75.854 | |||
(4c) | Het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat | ||||
(1) = (4b)*0,02 + (4c)*0,002 met een minimum van €1.000.000 als het begrotingstotaal kleiner of gelijk is aan 500 mln. En als begrotingstotaal groter dan € 500 miljoen is is het drempelbedrag gelijk aan € 10 miljoen, vermeerderd met 0,2% van het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat. | 1517,08 | ||||
(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen | |||||
Kwartaal 1 | Kwartaal 2 | Kwartaal 3 | Kwartaal 4 | ||
(5a) | Som van de per dag buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen (negatieve bedragen tellen als nihil) | 45.864 | 44.895 | 32.592 | 38.483 |
(5b) | Dagen in het kwartaal | 91 | 91 | 92 | 92 |
(2) - (5a) / (5b) | Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen | 504 | 493 | 354 | 418 |
De exploitatieovereenkomsten ad. € 864.000 betreft het ABC-terrein.
Voor de overige vorderingen van € 3.247.000 (vorig jaar € 2.198.000) is een voorziening in verband met het risico van oninbaarheid gevormd. Dit is een bedrag van € 565.000 (vorig jaar € 556.000). De overige vorderingen betreffen debiteuren algemeen € 2.576.000 (vorig jaar € 1,4 miljoen) en debiteuren werk en inkomen € 671.000 (vorig jaar € 801.000).
Voorzieningen voor oninbare debiteuren
In onderstaande tabel zijn de stand en het verloop van de verschillende voorzieningen voor niet te innen debiteuren opgenomen.
Het saldo van de voorziening leenbijstand is met ingang van boekjaar 2024 gerubriceerd onder de voorziening algemene debiteuren, zodat voorziening Werk en Inkomen alleen nog maar betrekking heeft op de posten die voortkomen uit de debiteuren Werk en Inkomen.
Voorzieningen oninbare debiteuren bedragen in € | Saldo per | toevoe- | onttrek- | vrijval | Saldo per |
---|---|---|---|---|---|
Algemene debiteuren en belastingdebiteuren | 50.821 | 65.000 | 5.617 | 0 | 110.204 |
Dwangsommen | 80.045 | 10.030 | 0 | 70.015 | |
Leenbijstand | 11.000 | 0 | 0 | 11.000 | |
subtotaal voorziening algemene debiteuren | 141.866 | 65.000 | 15.647 | 0 | 191.219 |
Werk & inkomen | 413.912 | 37.817 | 2.737 | 373.358 | |
subtotaal Werk en Inkomen | 413.912 | 0 | 37.817 | 2.737 | 373.358 |
totaal voorziening voor dubieuze debiteuren | 555.778 | 65.000 | 53.464 | 2.737 | 564.577 |
Liquide middelen
De post liquide middelen wordt onderscheiden in: | Boekwaarde per | Boekwaarde per 31-12-2023 |
---|---|---|
Kasgelden | 1 | 1 |
Banktegoeden | 676 | 877 |
Totaal | 677 | 878 |
Onder de banktegoeden zijn de saldi opgenomen die we aanhouden bij het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (Svn). Dit is al toegelicht bij de toelichting op de financiële vaste activa. Op deze plek volstaat de melding dat het totale saldo van het gemeentelijk aandeel in het fonds van de Startersleningen € 145.724 bedraagt per 31 december 2024. Voor de duurzaamheidsleningen is dit € 81.868 en voor Toekomst bestendig wonen is dit een bedrag van € 272.195.
Overlopende activa
Onder deze activa nemen we nog te ontvangen bedragen en de vooruitbetaalde bedragen die ten laste komen van volgende begrotingsjaren op.
De post overlopende activa onderscheiden we in:
Overlopende activa gespecificeerd: | Boekwaarde per | Boekwaarde per 31-12-2023 |
---|---|---|
Vooruitbetaalde bedragen | 43 | 451 |
Nog te ontvangen van het Rijk | 407 | 2.044 |
Nog te ontvangen van Provincie | 25 | 63 |
Nog te ontvangen overige Nederlandse overheidslichamen | 40 | 0 |
Nog te ontvangen bedragen overig | 1.435 | 602 |
Overige overlopende activa | 4 | 2 |
Totaal | 1.954 | 3.162 |
Nog te ontvangen middelen van het Rijk
De in de balans opgenomen van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, kunnen we als volgt specificeren:
RIJK | Saldo | Toevoeging | Ontvangen bedragen | Saldo |
---|---|---|---|---|
Opvang Oekrainers | 1.814 | 380 | 1.814 | 380 |
Totaal van de van EU en NL overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor specifieke uitkeringen | 1.814 | 380 | 1.814 | 380 |
De post vooruitbetaalde bedragen bestaat uit betalingen die betrekking hebben op de exploitatie van 2025. Hiervoor zijn einde boekjaar 2024 al facturen ontvangen en betaalbaar gesteld.
Onder de nog te ontvangen bedragen van het Rijk zijn onder andere vorderingen opgenomen op het Ministerie inzake Opvang Oekraïners van € 380.000. Ook ontvangen we nog een uitkering in het kader van bommen- en granatenregeling van € 10.000 en algemene uitkering 2024 van € 17.000.
De vordering op de Provincie heeft betrekking op de subsidie Verenfonds jaar 2024 voor een bedrag van € 24.000.
Onder nog te ontvangen overige Nederlandse overheidslichamen zijn vorderingen opgenomen van een tweetal gemeenten voor een bedrag van € 28.000.
Onder overig nog te ontvangen bedragen zijn onder andere vorderingen opgenomen voor nog op te leggen aanslagen forensen- en verblijfsbelasting jaar 2024 van respectievelijk € 5.000 en € 88.000. Ook voor overeenkomsten voor initiatieven van derden een bedrag van € 420.000. Aan subsidie is te vorderen i.v.m. niet besteedde middelen in jaar 2024 € 842.000 en verder nog te ontvangen subsidie Regiodeal ad. € 18.000. Daarnaast zijn er nog te factureren posten in jaar 2025 van € 35.000.